zaterdag 27 februari 2010

Een marktdagje (26-02)

Vandaag heb ik vrij, ik heb afgesproken om met Anouk en Iris naar de grote markt te gaan. Met een matatu gaan we erheen, aangekomen valt de markt nogal tegen, er zijn veel kraampjes niet open, het is onoverzichtelijk en het is een modderboel. Toch lopen we een stukje de markt op(gelukkig heb ik schoenen aan, Anouk en Iris lopen op slippers door de modder). Ogen zijn op ons gericht “wat doen die mzungu (witten) hier?”. We laten ons vertellen dat we op zondag terug moeten komen, en dat de markt doordeweeks niet zo leuk is, en besluiten naar een andere, kleinere, markt te gaan. We gaan op zoek naar batik doeken, ik kan niet kiezen welke ik moet kopen, ze zijn allemaal zo mooi! Iris koopt er 2, en ik besluit nog eens terug te komen.

Daarna gaan we naar Mega City, een shoppingmall waar vooral blanken, Indiërs (dat zijn de rijke mensen hier) en andere rijken komen. Er zit hier een hele grote supermarkt, waar je van alles kunt krijgen, ik zie dat ze ook leesboeken hebben (en dat komt goed uit, ik heb al 1,5 van de 4 leesboeken die ik meenam uit). Daarna liepen we verder naar de Masaimarkt, die vooral op toeristen is gericht (beeldjes, armbandjes, speren etc). Het loopt al tegen 1 uur als we honger krijgen, en besluiten te eten bij The Laughing Buddha. De eigenaar van dit restaurantje is een Indiër, en er word alleen vegetarisch geserveerd. De “oranje pasta saus” is befaamd, en ik besluit hiervoor te gaan (zonder spijt, hij is echt heel lekker. Terug bij het hotel ga ik in de rooftopbar zitten, en probeer “Praktijkgericht onderzoek in de zorg en welzijn” te lezen, maar omdat mijn hoofd nog in vakantie-modus staat, lukt het me niet, en ga ik kletsen met Iris en de hotelstaff, welke overigens ontzettend lieve mensen zijn! We praten onder andere over uithuwelijken (wat gelukkig ook volgens hun ouderwets is), en krijgen foto’s te zien van het zoontje van een van de meiden (ik zou hem zo mee naar huis nemen!)

Zaterdagochtend vertrekt Anouk, Iris en Anna gaan zondag weg (Anna komt de maandag daarna weer terug). Deze week word een uitdaging voor mij, omdat ik dan niet lekker veilig meer Nederlanders om mij heen hem, maar aan de andere kant heb ik dan wel tijd om iets aan school te doen..

vrijdag 26 februari 2010

Jamilo (25-02)

Vandaag heb ik om 9 uur beneden afgesproken, Omollo komt mij met een tuk-tuk ophalen. Na een kwartier tot 20 minuten komen we bij nursery school (voor kinderen van 3 tot 6 jaar ongeveer) Jamilo. Het schooltje bestaat uit 2 lokalen, en 2 kantoortjes (waarvan 1 ook als bibliotheek fungeert), buiten is een toiletgebouwtje (buiten de stad heeft vrijwel ieder huis buiten een toilethokje staan), en er is een hut om te koken (op de meeste scholen blijven kinderen tussen de middag lunchen, en er word altijd warm geluncht). We gaan 1 van de kantoortjes binnen, waar ik Jilian ontmoet, de vrouw van Omollo. Ze ontvangt me enthousiast, het is een hele lieve vrouw. Ik overhandig ze 2 enveloppen, die ik van Ibo en Diewer (uit Nederland, van Support for Homa Hills) heb gekregen. Er zitten tekeningen in van basisscholen in Nederland. Daarna krijg ik een rondleiding van Jilian, ik begrijp dat ze de administratie doet van de school. Ze legt uit dat ze nog maar net met de school zijn gestart, en dat er daarom nog maar weinig kinderen zijn (14 in totaal), ze gebruiken daarom vooralsnog maar 1 lokaal. Het lokaal is mooi, en ingericht met bijvoorbeeld een poppenkast, veel spelmateriaal en platen aan de muren, een stuk mooier dan een gemiddeld schoolgebouw in Kenia. Het plan is om ook een primary school te bouwen, deze moet af zijn waarneer de eerste kinderen van de nursery school naar groep 1 gaan. Tot nu is er nog niet genoeg geld om ook dit gebouw te laten maken. Daarna praten ik en Omollo nog wat over YSDAK, ik zal goed mogelijk proberen uit te leggen hoe YSDAK in elkaar zit.

In 1999 startte YSDAK als een Self Help Youth Group in Homa Hills, er werden toen vooral nog sportactiviteiten georganiseerd (Omollo was een redelijk goede voetballer). Toen ze de kinderen beter leerde kennen ontdekten ze dat er meer aandacht voor de jeugd en community van Homa Hills nodig was, en breidde de organisatie zich uit. In 2007 werden ze officieel als NGO (Non Governmental Organisation) geregistreerd. YSDAK is verspreid over 2 regio’s: Homa Hills en Kisumu, welke respectievelijk 8 en 6 centra hebben. Elk centrum heeft een vrijwillige coördinator, welke activiteiten organiseert en waar de kinderen uit het centrum naartoe kunnen met vragen en problemen. In de centra zijn verschillende projecten actief:

- Sport. Bestaande uit toernooien tussen centra en trainingen, er worden op dit moment 3 sporten aangeboden (voetbal, volleybal en cricket). De coördinators, en soms leraren, worden getraind in coaching en scheidsrechten. De trainingen worden gesupport door de KNVB. Doel van de sport is het ontwikkelen van talent, lichamelijke gezondheid en een kans geven om zich te bewijzen in de sportwereld

- Community Service. Bij dit project worden jongeren geleerd om zich te ontfermen over hun omgeving. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld bomen planten, grote schoonmaakacties, maar ook het helpen van bijvoorbeeld ouderen

- Behaviour Change Communitation. Hierin worden een aantal jongeren en centre coördinators getraind in onderwerpen als HIV/AIDS, drugs, roken en lichamelijke verzorging. Deze jongeren kunnen dan de feiten overbrengen op andere jongeren, er bestaan bijvoorbeeld nog veel fabeltjes over AIDS (bijvoorbeeld dat je AIDS krijgt van het aanraken van iemand die AIDS heeft)

- Vocational Training. Jongeren worden getraind op een vakgebied (kapster, naaister of timmerman), ze betalen een klein beetje “collegegeld”. Er is ook veel vraag naar computertrainingen, waar binnenkort mee word gestart.

- Adoption Project (Sponsor Project). Er worden door de coördinatoren kinderen opgespoord die te weinig geld hebben om school te betalen, vervolgens worden er foto’s gemaakt en word de geschiedenis van het kind opgeschreven, dit word naar Nederland gestuurd. In Nederland worden sponsors van de kinderen gevonden, sponsorgeld gaat hoofdzakelijk naar schoolgeld, boeken en uniformen. Er zijn in Kisumu 44 gesponsorde basisschool kinderen, en 1 op de middelbare school, in Homa Hills zijn 112 basisschoolkinderen, en 19 op de middelbare school.
- Coordination Centre (The Orange House). Dit centrum staat in Homa Hills, ik heb er in een vorige blog al het een en ander over verteld. Kinderen kunnen hiernaartoe komen na school; om te spelen of te lezen in de bibliotheek. Daarnaast kunnen de kinderen en jongeren terecht voor informatie over relevante onderwerpen.

- The Goat Project (alleen in Homa Hills). Een aantal vunereble families (bijvoorbeeld waar het gezin te maken heeft met AIDS, weduwen, wezen) hebben een geit gekregen, en zijn geholpen met het bouwen van een geitenhut. De families zitten in een groep, met 1 mannetjesgeit, die de vrouwtjes bevrucht, als de lammen groot genoeg zijn worden ze doorgegeven aan een volgend gezin. Doel van het project is om voeding te verbeteren (melk, vlees) en aanzien van deze families te verhogen.

- Jamilo (alleen in Kisumu). Jamilo is een onderdeel van het educational project en heeft een aantal functies. Zo is Jamilo een voorbeeld voor andere scholen (kwaliteit van het gebouw, materialen en het onderwijs), mag een percentage van de kinderen gratis naar school en helpt de school scholen in de buurt, door advies of traningen.

Na al deze uitleg en de rondleiding heb ik bij Omollo thuis geluncht, we aten patat en een omelet met ui en tomaat. Hij heeft een mooi huis, een stuk beter dan de gemiddelde huizen in de buurt. Tegen 2 uur gingen we terug naar de stad, waar ik wat ben gaan drinken met Iris. Ook heb ik een modem gekocht, waarmee ik overal (waar mobiel netwerk beschikbaar is) kan internetten, hiervoor koop je dan beltegoed. Ook heb ik een wasteil gekocht, wasmachines kennen ze hier niet. Dit weekend moet ik maar eens gaan wassen, de teil zit namelijk al vol!

donderdag 25 februari 2010

Foto´s



Het uitzicht van mijn kamer


Mijn kamer: 2 bedden, grote spiegel, tafel, stoel, tv, kledingkast en een box met slot voor mijn laptop. Met een eigen douche met warm water en toilet. Daarnaast is er een gedeelde keuken voor long-stay-gasten, met een koelkast, waterkoker, broodrooster (handig want het brood word snel oud) en twee-pits-gasstel



Het victoriameer









Geitenproject in Homa Bay


Geitenproject in Homa Hills (24-02)

Om 7 uur precies stond ik beneden, slechts 10 minuten later komt Gerald Omollo mij ophalen. Samen lopen we over de markt naar het busstation. Het busstation is verschrikkelijk druk, en onoverzichtelijk voor diegene die er voor de eerste keer zijn, zoals ik. Ik loop achter Gerald aan, hij weet duidelijk waar hij moet zijn, we staan even stil voor een bus, maar dan lopen we weer terug en gaan in een andere zitten. Wat blijkt: als de bus vol zit (en met vol bedoel ik echt vol), vertrekt hij pas. Bussen rijden niet op vaste tijden. Waarneer een bus bijna vol zit zal hij zo vertrekken, ben je de eerste dan heb je pech; misschien zit je er nog wel een half uur.
Na, ik schat, een kwartier gaat het busje rijden, om de paar minuten stopt hij om iemand in of uit te laten, tot we buiten de stad zijn. Het busje stopt alleen als iemand aangeeft eruit te willen, of als iemand de bus aanhoud van langs de weg.

In Kendu Bay stappen we uit, we gaan in een cafeetje zitten en eten (voor mij voor het eerst) mandazi. Mandazi is een driehoekje van deeg, het smaakt een beetje naar een oliebol, maar dan droger, en zonder rozijnen. We wachten hier tot Martin en Joshua arriveren. Martin is onze geiten-expert, Joshua is coördinator van het gebied waar we heen gaan. In Martins 4-weel-drive rijden we verder, op steeds smallere paden, tot we bij het eerste huis komen. Tien gezinnen hebben een geit gehad, en zijn geholpen met het bouwen van een geitenhut, wij gaan vandaag kijken hoe het met de geiten is, en de gezinnen waar nodig advies geven over de behandeling, behuizing en voedsel van de geiten. We gaan een stuk of 7 gezinnen langs vandaag, met de meeste geiten gaat het goed, één heeft een poot gebroken, maar word verbonden, een andere nemen we mee. Bij de “dierenarts” krijgt het dier een antibioticashot en iets waarvan ik denk dat het een vitaminemengsel is, om de geit aan te laten sterken. Inmiddels is het tegen 2 uur, als we ergens op de hoek van een kruispunt in een dorp een bord patat eten (ze doen hier niet veel met de schaal van vijf).

Daarna gaan we verder naar The Orange House (YSDAK centrum), in Homa Hills, waar ik een maand van mijn stage ga doorbrengen. Ik ontmoet Julius (ik weet niet meer heel zeker of dat zijn naam was). Hij laat mij het centrum zien. Er staat een gebouw, met daarin een bibliotheekje, een computerruimte met 1 computer, een kantoortje en een ontmoetingsruimte waarin een tv met dvdspeler staat. Buiten is een voetbalveldje en speeltoestellen. Er is ook een klaslokaal waar meisjes leren voor klerenmaakster. Tegen half 6 rijden we terug, om half 9 zijn we in Kisumu. Ik doe nog wat boodschappen, ga douchen en spring op bed, om mijn blog te schrijven.
Inmiddels voel ik mij al beter op mijn plaats, ik heb mijn kamer wat eigen gemaakt, mijn spulletjes neergezet. Ik heb zin in de stage, en heb vertrouwen in een goed verloop. Alles is nog wel nieuw, en daardoor lig ik ‘s avonds te woelen in bed, mijn gedachten schieten in hoog tempo langs alle dingen die ik heb gedaan in zo’n korte tijd en alle dingen die ik nog ga, moet en kan doen.

Hakuna matata

Keniaanse tijd (22-02)

Om 14.00 heb ik afgesproken met Gerald Omollo, iets van tevoren loop ik naar beneden om hem bij de deur te kunnen begroeten. Beneden besluit ik even op de stoep te gaan zitten. Kort daarna zie ik Anna aan komen rijden met een piki-piki, ze is een vriendin -Iris- van het vliegveld gaan halen. Anna moet meteen door naar haar stage en Iris komt bij mij op de stoep zitten, tot Gerald komt. We praten wat over haar reis, over stage, over school, inmiddels is het half 3. Ik was gewaarschuwd voor “Keniaanse tijd”, dus dit half uur verbaast me niks; we zitten toch lekker, in de schaduw met een licht windje, mensen te kijken. De klok tikt verder, en om 3 uur besluit ik te bellen waar hij is, hij zegt dat hij zo klaar is en eraan komt. Dus we wachten en praten en wachten nog wat, om half 4 stuur ik hem een sms. Ik zit inmiddels al 1,5 uur op de stoep, waarneer de manager van het hotel komt vragen of mijn afspraak er nog steeds niet is. Hij vind 1,5 uur voor een Keniaan zelfs laat. Iris en ik besluiten even te gaan lopen, er is een marktje verderop, ik laat mijn nummer bij de receptie achter, voor het geval dat Gerald in de tussentijd aan komt. Als we na 4en terug komen is Gerald er nog niet, we gaan nog maar even op de stoep zitten. Pas om half 5 komt Gerald aan, hij excuseert zich voor het wachten, en we gaan naar de roofbar.

We babbelen wat, Gerald is een vriendelijke man. Na een poosje besluiten we dinsdag af te spreken om een planning te maken, woensdag gaan we naar Homa, en donderdag laat hij me het project hier zien. Ik hoop dat hij nu wel op tijd komt..

Als ik hem beneden heb uitgelaten, komen Anna en Anouk aan. We staan wat te kletsen als Machiel zich voor komt stellen. Machiel is eigenaar van The Duke of Breeze, en mijn supervisor voor deze periode. We praten wat over verwachtingen en besluiten op 8 maart af te spreken voor het eerste gesprek.

Het Keniaanse Openbaar Vervoer in een notendop

Boda-Boda
Fiets met een kussen achterop, voor 20/30 cent rijd iemand je de stad door

Piki-Piki
Motor (gaat met een noodgang, maar zonder helm), voor 40/50 cent kom je overal

Tuk-Tuk
Klein soort autootje met 1 voorwiel, hier kunnen 3 mensen in

Gewone taxi
Gewone taxi’s bestaan ook, maar zijn natuurlijk duurder. Ook heb ik nog niet kunnen ontdekken waar je een taxi aan herkent, niemand rijd met zo’n mooi geel bordje op het dak. Een taxi neem je alleen als je ver weg moet en op tijd wil zijn, bijvoorbeeld naar het vliegveld.

Matatu
Deze rijden de hele stad en omgeving door, het is zo´n 9persoons busje, alleen gaan er dan 19 volwassenen, 2 baby’s en een aantal wasteilen in (en dat is niet overdreven, ik heb vanmorgen geteld)

Shuttle/Coach
Grotere bussen, rijden vooral tussen steden, en zijn een beetje upper-class

maandag 22 februari 2010

Reizen..

Ik zit nu op mijn hotelkamer, maandagochtend. De afgelopen 2 dagen zijn nogal overdonderend geweest. Gisteren had ik een Waar ben ik aan begonnen, waarom doe ik dit?- gevoel. Nog steeds dwaalt dat gevoel door mijn hoofd, maar het is na een goede nacht rust wat opgeklaard in mijn gedachten. Ik moet wennen aan het alleen zijn in een vreemde wereld. Vanmiddag om 14.00 ontmoet ik Gerald Omollo (mijn stagebegeleider) voor het eerst, ik denk dat ik dan de zin van deze reis weer een beetje terug krijg.

Zaterdag
Om kwart over 5 staan we op, nog even thuis douchen en daarna vertrekken we naar Schiphol. Mijn moeder, vader, broer en Mireille zijn meegekomen om mij uit te zwaaien. Op Schiphol eerst de bagage ingecheckt, en toen nog even wat drinken met zijn allen. Ik voelde mijn tranen al opkomen, maar kon ze een paar keer bedwingen. Vlak voor ik richting douane moet kan ik ze niet meer tegenhouden; de rest huilt mee. En dan moet ik door de douane, ik zet de stap, en kan niet meer terug. Ik ga in de rij staan, terwijl ik zwaai naar mijn achterblijvers. Na de paspoortcontrole zwaai ik nog 1 keer, draai me om en loop richting gate E17. Vanaf nu moet ik het alleen doen.

Bij mijn gate aangekomen is er een probleem met het vliegtuig, we kunnen nog niet inchecken. Een half uur na geplande tijd mogen we het vliegtuig in, waar de piloot verteld dat er een probleem met de motor was, maar dat het nu helemaal in orde is. De vlucht verloopt rustig, Europa en de Middellandse Zee zijn bedekt met een dik pak wolken, pas bij Egypte kan ik de grond zien. Ik zit naast een Keniaanse vrouw, ze woont in de VS maar ze gaat haar familie in Nairobi bezoeken. 1 boek (Claudia de Breij – Dingen ie fijn zijn) en 2 films (The invention of lying & Cloudy with a chance of meatballs) later vliegen we boven Kenia.

Tegen 9 uur s’ avonds (Keniaanse tijd, er is 2 uur tijdverschil) komen we aan op het vliegveld van Nairobi. Het vliegtuig stroomt leeg en ik loop richting douane; het is benauwd warm. Mijn visum is in orde, ik moet hem na 3 maanden verlengen. Vervolgens loop ik naar de bagageband, hopend dat mijn tas ook is aangekomen, en dat is ie. Dan richting uitgang, er staan ongeveer 50 taxichauffeurs met borden in hun hand, als ik door de deur stap steken ze allemaal hun bord hoog in de lucht. Ik kijk rond, en kan mijn bord niet direct vinden, alle chauffeurs kijken me aan in de hoop dat ik diegene op hun bord ben, want dan kunnen ze weg. Dan zie ik mijn naam, ik loop naar de man onder het bord en geef hem een hand, we lopen naar zijn busje. Onderweg stoppen we bij een tankstation, ik had gevraagd of ik ergens kon pinnen. Naast de pinautomaat staat 2 bewakers, waar ik wel blij mee ben; volgens mij is een tankstation in Nairobi tegen 10 uur s’ avonds niet de beste plaats om te zijn. Mijn pasje werkt, ik neem 10.000 shilling op; ik voel me even heel erg rijk (maar 100 shilling is slechts 1 euro). Daarna rijden we door naar de jeugdherberg. Daar wacht een man met een bivakmuts me op; ik snap niet dat mensen hier met lange broeken, truien en mutsen kunnen lopen. Hij vraagt mijn naam en brengt me naar mijn kamer. Ik vraag hem of hij voor morgen een taxi voor mij kan regelen, naar het busstation. Ik ga nog even douchen (met koud water), bel naar huis dat ik ben aangekomen, en ga dan in bed liggen. Met een beertje- dat ik van Mireille kreeg -in mijn hand val ik in slaap.

Zondag
5.40 - de wekker gaat. Ik sta op, doe mijn kleren aan en ga mijn tanden poetsen en haren doen. Als ik mijn tas sta in te pakken komt de man met de bivakmuts, mijn taxi is er. Godwin –zo heet de chauffeur – brengt mij naar het busstation. Hij vertelt mij dat de booking office om half 7 open is, en om 7 uur gaat de volgende bus naar Kisumu. Godwin moet nog iemand anders ophalen, en zal terugkomen om te kijken of alles is gelukt. Ik ga in de wachtkamer zitten, naast mij zit een meisje met een kip, CNN staat aan. Ik zit, nog wat slaperig, naar het scherm te kijken, als ik voorbij zie komen: “ Dutch government falls over Afganistan dispute” . Ik hoop meteen dat Wilders de volgende verkiezingen niet wint en bedenk me dat ik vanuit Afrika waarschijnlijk niet kan stemmen.

Iets na half 7 ga ik een kaartje kopen, ik heb een plaatsje vooraan achter de chauffeur. Als ik weer buiten kom staat Godwin met de mensen die hij op moest halen, er zit een Amerikaans meisje bij. Ik praat wat met haar, over wat we gaan doen en waar we vandaan komen, dan gaan we de bus in. De weg is verrassend goed, ik was gewaarschuwd voor een hele slechte weg met veel gaten. De reis duurt 7 uur, met 2 korte pauzes. Rond 14.00 kom ik in Kisumu aan, Anna komt mij ophalen. Anna is al sinds november in Kenia, en is ook Nederlands. Met een tuk-tuk rijden we naar het hotel. Ik leg mijn spullen in de kamer, waarna Anna een korte rondleiding geeft en Anouk voorstelt. Anouk is sinds januari in Kenia, maar gaat zaterdag al weer weg. We spreken af dat ik me even om ga kleden en we daarna even de stad ingaan. Als ik terugloop naar mij kamer voel ik me helemaal gebroken, ik bel Mireille en barst in tranen uit, het is me allemaal even te veel. Ik besef me opeens heel erg dat ik hier een half jaar zit, zonder bekenden om mij heen.

Ik fris me even op, en als ik klaar ben loop ik richting Anna’s kamer, we halen Anouk op en gaan naar buiten. We gaan richting een eettentje, ik besef me dat ik vandaag alleen nog maar 2 mueslirepen op heb. Als we uitgegeten zijn gaan we naar de supermarkt, ik koop wat simpele dingen: brood, water, sap, koekjes, jam, en deo –want die moest ik bij de douane inleveren. De supermarkt is me verbazingwekkend duur. Daarna kopen we een simkaart, welke dan weer verbazingwekkend goedkoop is, hij kost 100 shilling (1 euro). Het begint hard te regenen, en we besluiten nog wat te drinken bij een ander café. Als we terug zijn ga ik met Anouk naar het dakterras, om te internetten. Ik kan geen verbinding krijgen, en probeer van alles. Waarneer ik eindelijk verbinding heb, valt het internet van de anderen uit, ik snap niet wat ik heb gedaan. Ik voel me een beetje lullig dat ik het internet gesloopt heb, maar ben heel blij dat ik nu even met Mireille kan skypen. Morgen word het allemaal vast weer gemaakt.

Terug in mijn kamer lees ik nog wat, en ga dan slapen. Door de regen is het gelukkig een beetje afgekoeld. Ik slaap van 23.00 tot 6.00- weer met beertje in mijn hand- en val daarna weer in slaap tot 10.00.

Maandag
Inmiddels is het 13.00 en voel ik me een heel stuk beter. Het is overigens heerlijk weer nu: 26/27 graden, licht windje, en wat bewolking!

Foto's komen later, uploaden duurt heel lang. Mijn keniaanse nummer is overigens
+254725876838